Jagen met Frederico

Op zondag 28 september reed ik met Frederico, eigenaar van Fredemar, en zijn maat door de nachtelijke Alentejo, op zoek naar de plekken waar de meeste patrijzen, konijnen en hazen zaten. Op 5 oktober opende het jachtseizoen en een beetje jager wil op tijd weten waar hij moet zijn. Ik was om vijf uur opgestaan en had kleren aan die vies mochten worden. Klaar voor het avontuur. Een paar jaar geleden heb ik een vergelijkbare expeditie met hem gemaakt. Die ging langs het nachtleven van het Portugese platteland. Op de meest onverwachte plaatsen bleken discotheken te staan waar meisjes een fles whiskey van 250 euro bestelden als je ze iets aanbood. Muurbloempjes bleken nachtvlinders en in alle bossen stond schots en scheef auto’s geparkeerd, die ritmisch wiegden. Dat was het Portugal dat je niet snel leert kennen als je een lastminute naar de Algarve boekt. Dus ik wilde deze keer wel weer mee.

Typisch Alentejaans landschap

Maar in tegenstelling tot de vrouwenjacht bleek die op patrijzen een serieuze zaak. En tamelijk slaapverwekkend als je geen jager bent. Twaalf uur lang reden we met een UMM (een Portugese jeep) door de binnenlanden van de Alentejo, waar kurkeiken werden afgewisseld door olijfbomen en olijfbomen door kurkeiken. We namen alleen de zandpaadjes en passeerden verlaten dorpen, waar roestige Ford Transits zonder wielen bewoond werden door herders. Soms raakte Frederico opgewonden als hij in de verte een vlucht patrijzen zag en ze likkebaardend met een zogenaamd geweer zogenaamd afschoot.

Met de UMM op zoek naar patrijzen

Jagen is net vissen, vertelde Frederico, alleen vang je minder. Het gaat om de hele dag in de natuur zijn. Alleen met je honden en je gedachten. Meer is er niet dan lopen en op het juiste moment richten en schieten. Ik heb twaalf uur lang nagedacht over mezelf, over Portugal, over de reden van mijn bestaan, de dingen die ik nagelaten heb en de dingen die ik gedaan heb. Inderdaad erg confronterend en verlichtend, vooral als je met een keihard geveerde 4×4 door karren sporen rijdt.

Sommige landgoederen zijn zo groot als een complete Nederlandse gemeente

Vragen waar het wild zit

Mieren kunnen zo lang ongestuurd leven in deze landerijen dat hun paadjes diepe voren trekken

Twaalf uur later hadden we een handvol patrijzen gezien en twee hazen. In het café in het dorpje Entradas waar we lunchten met Arroz de Pato was de jacht onderwerp van heftige discussies. Steeds meer land was gereserveerd voor leden van jachtverenigingen. En voor plezierjagers, voor wie een dag tevoren gefokte patrijzen werden losgelaten. ‘Als je geld hebt, wel ja, maar de gewone man kan het vergeten,’ zei Frederico. Jagen wordt als een recht gezien, niet als een gunst.

Arroz de pato, een ovenschotel met rijst, eend en choriçou, meestal bij de lunch gegeten

Op 5 oktober werden jagers erop betrapt dat ze uit protest jachtgebieden in brand hadden gestoken. Frederico kwam met lege handen thuis. Een week later met twee patrijzen.

Verkenning voor de jacht, omgeving Castro Verde, 28 september 2003